- als ze op straat wachten op iemand of gewoon wachten tot iemand de deur opendoet, gaan ze gewoon op de dichtsbijzijnde motorkap zitten
- ze gooien hun vuil gewoon op straat ook al staat er elke 100 meter een vuilbak. Je zou dan denken dat het er als een stort uitziet, maar er lopen hier een hele hoop straatvegers rond en de Madrileense Meir wordt elke dag met een sproeiwagen schoongemaakt.
- in alle barretjes kan je aan de toog iets eten, de servetjes en allerlei andere rommel die daarmee gepaard gaat, gooien ze gewoon op de grond

(en dit is nog een proper zicht voor het einde van een avond)

-  in een file beginnen er elke keer een paar kerels luid te claxonneren, in de volle overtuiging dat het daardoor sneller zal gaan. En dat kunnen ze gerust vijf minuten volhouden.
- als je achterom kijkt terwijl je een deur openhoudt in de metro – zodat ze dus niet in het gezicht slaagt van de persoon die achter je komt – zal je een brede smile zien, vergezeld van (muchas) gracias, Spanjaarden zelf doen dat sja, nooit
- twee populaire drankjes op café zijn Calimocho en Tinto de Verano. Beide drankjes zijn een variant van ons mazoutje. In Calimocho vervang je bier door rode wijn, ongeveer in 50-50-verhouding met Cola, geserveerd ‘on the rocks’. Tinto de Verano is ook met rode wijn, maar in plaats van Cola met een citroenlimonade, zoals 7up of Sprite.
– ze houden van rijen vormen. Waar bij ons gewoon een troep mensen staat in een buskotje en de eerste die bij de deur komt de eerste is die opstapt, staan ze hier gewoon de hele tijd in de rij te wachten in volgorde van arriveren.
– en er zijn ongetwijfeld nog hopen dingen die raar of ongewoon zijn voor de gemiddelde niet-Spanjaard, maar ik vrees dat ik die zelf al niet meer opmerk.