“Voor een renner is België het beste land ter wereld.”
Wielrenner Roger Hammond rijdt sinds vorig seizoen bij de Amerikaanse topploeg Discovery Channel. Daarvoor reed hij altijd in dienst van Vlaamse ploegen. Bovendien woont hij nog altijd in België. Omdat Engeland niet meteen bekend staat als een wielerland, waren wij nieuwsgierig hoe een Engelsman in Vlaanderen belandt en het tot professioneel renner schopt.
Hoe ben je in Engeland, toch niet meteen een wielerland, begonnen met fietsen?
Ik ben opgegroeid in een “fietsfamilie”. Mijn ouders waren bezig met een amateurclub en zo ben ik al snel door de wielermicrobe gebeten.
Hoe komt een Engelse wielrenner terecht in Vlaanderen?
Wielrennen is niet meteen de populairste sport in Engeland, zeker niet op professioneel niveau. Het is niet meer dan een hobby bij ons. Het baanwielrennen is bekender in Engeland, maar enkel omdat we daar wereldwijd gezien een behoorlijk niveau halen. Populair kan je het ook zeker niet noemen. De enige wielertak die echt wat uitstraling heeft, is het tijdrijden. Ik heb nooit gedroomd van een professionele carrière tot ik wereldkampioen werd bij de junioren. In Engeland is het zo goed als onmogelijk om professioneel aan de bak te komen. Ik heb eerst mijn studies voltooid en dan ben ik direct naar het vasteland gekomen. Ik heb mezelf twee jaar gegeven om het tot professional te schoppen en ik ben blij dat me dat gelukt is. Om te beginnen met koersen is België het beste land ter wereld. Er zijn zoveel wedstrijden hier, ongelooflijk! Als amateur heb je weinig geld, zeker als je zoals ik rechtstreeks van school komt. Door het systeem in België speelt het financiële aspect weinig of geen rol. Ik heb eerst een jaar in Frankrijk gewoond en daar moet je je aansluiten bij een ploeg en het hele jaar aanwezig zijn. Hier fiets je gewoon op de dag van de wedstrijd naar de startplaats, je schrijft je in met je Britse licentie en je kan gaan koersen.
Je hebt ook een tijdje het wielrennen op de baan en het veldrijden gecombineerd. Waarom ben je daarmee gestopt? Veldrijden is toch heel populair in Vlaanderen?
Mijn ambitie ligt vooral op de weg. Het probleem is dat veldrijden enkel in België een belangrijke sport is. De Engelse bond investeert niet meer in het veldrijden omdat ze toch op voorhand weten dat de Vlaamse rijders met de medailles gaan lopen. Voor de Vlamingen is het natuurlijk prachtig, maar ik vrees ook dat de Belgische dominantie niet goed is voor de sport omdat geen enkel ander land er nog in wil investeren.
Tot vorig jaar heb je altijd bij Vlaamse ploegen gereden. Merk je een verschil in gewoonte of mentaliteit nu je bij het Amerikaanse Discovery Channel rijdt?
Veel verschil is er eigenlijk niet, waarschijnlijk ook omdat een groot deel van onze entourage Vlaams is. De persoon met wie ik het meest in contact kom binnen de ploeg is assistent-ploegleider Dirk Demol, ook een Vlaming. Het grootste verschil is dat we aan tafel Engels spreken in plaats van Nederlands. Met als gevolg dat mijn Nederlands ondertussen een stuk minder goed is, natuurlijk. Taal is het belangrijkste communicatiemiddel. Daarom vind ik het belangrijk dat ik me verstaanbaar kan maken in meerdere talen. Toen ik derde eindigde in Parijs-Roubaix heb ik in de Laatste Show zelfs een interview volledig in het Nederlands gedaan. Als me dat lukt, ben ik al heel tevreden.
Wat is je favoriete koers in Vlaanderen?
De Ronde van Vlaanderen, zonder twijfel. Ik hou van de unieke atmosfeer die rond die wedstrijd hangt. Het is niet te vergelijken met andere wedstrijden. Alles rond de Ronde is magie. Het is altijd een absolute chaos; kasseien, stof, echt slechte wegen en vooral de ontelbare bochten.
Wat denk je van de Vlaamse renners? Voor wie heb je het meeste respect?
Op dit moment is Tom Boonen natuurlijk de beste, ik heb echter het meeste respect voor Peter Van Petegem. De pers is vaak nogal negatief over hem, maar hij trekt zich daar niets meer van aan. Dat moet Boonen nog leren. Als hij eens kritiek krijgt, wil hij zich ten koste van alles weer bewijzen. Hij moet nog rustiger worden. Voor zijn prestaties wil ik best met hem ruilen, maar de hoop van een heel volk rust op zijn schouders. Ik zou dus toch niet meteen in zijn schoenen willen staan.
Kon je je gemakkelijk aanpassen aan de mensen en aan onze gewoontes?
Dat was geen enkel probleem. In Frankrijk voelde ik me niet thuis, maar in België voelde ik me van in het begin kiplekker. Maar je moet je echt wel aanpassen aan de manier van leven in België. In Engeland zijn winkels bijna 24 uren per dag en 7 dagen per week open, terwijl hier niets open is op zondag, alles sluit rond 18 uur en sommige zaken zelfs tijdens de middag gesloten zijn. De ingesteldheid van de Belgen is beter dan in de meeste landen van Europa. De Belgische mensen zijn erg vriendelijk en hulpvol, en als prof in wording kan je die hulp goed gebruiken. Ik zou hier niet blijven als ik het niet naar mijn zin had. Zeker nu ik bij een Amerikaanse ploeg rijd, is er eigenlijk niets dat me hier houdt. Toch is het belangrijk voor me dat ik me thuis voel waar ik woon.
Hoe goed ken je Vlaanderen ondertussen?
Eigenlijk ken ik Vlaanderen nog niet zo goed. Het Belgische wielersysteem ken ik als mijn broekzak en hoe ik in Vlaanderen moet leven weet ik ook perfect. Maar over de geschiedenis en de steden ben ik nog niet zo op de hoogte. In Brugge en Gent heb ik al wel eens de toeristische rondleidingen gedaan en ik heb ondertussen ook ontdekt dat Kuifje Belgisch is. Zo zijn er wel meer dingen die ik over Vlaanderen weet.
Als je moest kiezen tussen Vlaanderen en Engeland, welke van de twee kies je dan?
Zolang ik wielrenner ben, blijf ik zeker in Vlaanderen. De mensen respecteren je hier als je een professioneel renner bent. Als je in Engeland langs de kant van de weg rijdt, ben je niet meer dan een obstakel dat maar 30 kilometer per uur rijdt. Hier houden de mensen rekening met je, sommige chauffeurs komen zelfs naast me rijden om een praatje te doen. In het begin snapte zelfs mijn eigen familie niet hoe ik mijn kost kon verdienen als coureur. Toen ik mijn grootmoeder vertelde dat ik professioneel ging koersen was haar eerste reactie: “Wanneer ga je een echte job zoeken?” Of ik na mijn carrière ook in Vlaanderen blijf wonen, weet ik nog niet. Als mijn vriendin en ik hier werk kunnen vinden, is er zeker een kans, want ik zou hier best willen blijven. We hebben er al over nagedacht, maar het zal van heel wat zaken afhangen.